xxx

Interview – Jack Dekker

Blijf op de hoogte van de vernieuwing van de kadeconstructie.

Pijltje

Naam: Jack Dekker, Projectmanager

“Uiteindelijk doen we het allemaal voor de inwoners van Amsterdam en juist dat is iets waar onze techniek in uitblinkt.”

Maak kennis met: Jack Dekker, projectmanager bij Kade 2.020

Jack is 55 jaar oud en heeft er al een hele carrière opzitten. Al meer dan dertig jaar is hij al werkzaam in de bouw en sinds vorig jaar mei heeft Jack zich aangesloten bij Kade 2.020. Jack is woonachtig in Alkmaar en heeft twee kinderen.

Wat is je rol bij Kade 2.020?

“Bij Kade 2.020 ben ik projectmanager. Dat wil zeggen dat ik leidinggeef aan een team bestaande uit een manager projectbeheersing, een omgevingsmanager, de uitvoerders en de werkvoorbereiders. In mijn rol benader ik alles vanuit de uitvoering. Er is jarenlang gewerkt aan een creatief plan, maar nu is het mijn taak om ervoor te zorgen dat deze plannen ook daadwerkelijk uitgevoerd kunnen worden. Geldzaken spelen hier natuurlijk een belangrijke rol, maar ook de techniek en de desbetreffende tijd zijn van belang. Het resultaat moet goed zijn en de klant tevreden. Dat is mijn verantwoordelijkheid. En daar komt natuurlijk ook nog een deel ‘positieve sfeer hooghouden’ bij kijken. Een super uitdagende en afwisselende baan.”

Waarom heb je gekozen om voor Kade 2.020 te gaan werken?

“Het feit dat het een innovatieprogramma is, sprak mij heel erg aan. In mijn vorige baan ben ik veel bezig geweest met geluidsschermen die technisch gezien niet heel bijzonder waren. Maar tijdens dit traject heb ik geleerd dat je dingen heel vaak moet doen om ze te verbeteren en juist daar is bij Kade 2.020 ruimte voor. Tuurlijk is salaris hetgeen waarvoor je werkt, maar ik haal zelf ook veel voldoening uit het verbeteren van processen. Een beter product neerzetten mét elkaar.

Alles valt of staat met het team waarmee je het doet. Daarom vind ik het ook heel erg leuk dat ik in mijn functie de mogelijkheid krijg om het team samen te stellen. De markt is overspannen dus we moeten vaak zelf opzoek naar nieuwe mensen. Mijn werk bevat naast veel technische aspecten dus ook de menselijke kant. Dat is een van de vele mooie kanten van mijn baan.”

Hoe ziet jouw gemiddelde werkdag eruit?

“Een gemiddelde werkdag is heel afhankelijk van de fase waarin we zitten. Eerst zaten we in de ontwerpfase en tegenwoordig zitten we in de uitvoeringsfase van de pilot. In bouwtaal noemen we dat de uitvoeringsfase van het design en constructwerk.

Aan de voorkant bestaan de werkzaamheden uit veel overleggen en afstemmen. Er moest gezorgd worden dat het ontwerp goedgekeurd werd. Het opzetten van een werkbegroting, het team bij elkaar zoeken, opzetten van de administratie en het maken van de planningen. Dat waren mijn taken.

Nu zijn we lekker buiten aan het werk; de kades worden vernieuwd. Mijn collega Ronald is hoofdverantwoordelijk voor het innovatieprogramma en ik voor de realisatie van het project. Regelmatig zijn er meetings genaamd, projectteamoverleg, waarin we de werkvoortgang en voorbereidingen voor naderende weken bespreken. Wanneer er nog dingen geregeld moeten worden, sta ik klaar. Veel mailen en bellen dus. Natuurlijk ga ik ook regelmatig bij het project op bezoek.”

Welke werkzaamheden vind je zelf het leukst?

“Het project bezoeken. Al doe je dat toch altijd te weinig. Ik raak geïnspireerd door de technieken die er gebruikt worden, vooral nu in het optimalisatietraject. Mooi om te zien welke oplossingen het team heeft bedacht.”  

Wat draagt deze innovatie volgens jou bij aan de stad Amsterdam?

“Uiteindelijk doen we het allemaal voor de inwoners van Amsterdam en juist dat is iets waar onze techniek in uitblinkt. Wanneer gewerkt wordt volgens de traditionele manier kunnen er jarenlang geen rondvaartbootjes langs de bouwplaats. De straten zijn afgesloten en de omgeving heeft veel last van geluidsoverlast. Onze techniek is trillingvrij, boten kunnen blijven varen, bomen hoeven niet meer gekapt te worden en alle kabels en leidingen kunnen blijven liggen. Al met al een stuk minder hinder voor de bewoners en dat is natuurlijk waar het écht allemaal om draait.”